Tijdschrift voor Nederlandsche taal-en letterkunde, Bände 13-14E. J. Brill, 1894 |
Im Buch
Ergebnisse 1-5 von 18
Seite 60
... rijmen , zonder afdoen of toedoen , is qualijck mogelijck , ja onmogelijck , en dwaelt meest al min of meer af van het vertaelde . Ich zagh hem dan niet nader nochte eigentlijcker dan door onvaerzen en onrijm uit te beelden , om den ...
... rijmen , zonder afdoen of toedoen , is qualijck mogelijck , ja onmogelijck , en dwaelt meest al min of meer af van het vertaelde . Ich zagh hem dan niet nader nochte eigentlijcker dan door onvaerzen en onrijm uit te beelden , om den ...
Seite 114
... rijmen met de aanwijzing van het vele onjuiste en ge- brekkige dat wij in Vondels vertalingen hebben aangewezen , bedenke dat juistheid in eene vertaling veel is , maar niet alles . Een vertaler moet het dichtwerk , dat hij in eene ...
... rijmen met de aanwijzing van het vele onjuiste en ge- brekkige dat wij in Vondels vertalingen hebben aangewezen , bedenke dat juistheid in eene vertaling veel is , maar niet alles . Een vertaler moet het dichtwerk , dat hij in eene ...
Seite 156
... Rijmen als voeren : Dueren ( 3 ) , oldt : benoudt ( 8 ) , golde : trou ( 18 ) , die alleen als ü : ü en ou ( d ) : ou ( d ) zuiver kun- nen zijn , schijnen ook eer naar het Zuiden te wijzen . Mogelijk is het wel vertaald ; enkele rijmen ...
... Rijmen als voeren : Dueren ( 3 ) , oldt : benoudt ( 8 ) , golde : trou ( 18 ) , die alleen als ü : ü en ou ( d ) : ou ( d ) zuiver kun- nen zijn , schijnen ook eer naar het Zuiden te wijzen . Mogelijk is het wel vertaald ; enkele rijmen ...
Seite 234
... aantrof bij Boekenoogen , Onze Rijmen in De Gids , 1893 , IV , 28. Aldaar ook het rijmpje : Sinte Matthijs , Bekenen op het ijs " . L 1 NIEUWE MIDDELNEDERLANDSCHE FRAGMENTEN . Toen ik in Juni en 234 A. Beets , Beekum ; bêken.
... aantrof bij Boekenoogen , Onze Rijmen in De Gids , 1893 , IV , 28. Aldaar ook het rijmpje : Sinte Matthijs , Bekenen op het ijs " . L 1 NIEUWE MIDDELNEDERLANDSCHE FRAGMENTEN . Toen ik in Juni en 234 A. Beets , Beekum ; bêken.
Seite 235
... rijmen goed uit ; wat op 26 en 36 alleen dan het geval is , als de rijmen der twee eerste verzen van 3a en 4a met elkaar in de war zijn , en b . v . niet met Willem de Vreese 235 NIEUWE MIDDELNEDERLANDSCHE ...
... rijmen goed uit ; wat op 26 en 36 alleen dan het geval is , als de rijmen der twee eerste verzen van 3a en 4a met elkaar in de war zijn , en b . v . niet met Willem de Vreese 235 NIEUWE MIDDELNEDERLANDSCHE ...
Andere Ausgaben - Alle anzeigen
Häufige Begriffe und Wortgruppen
17de eeuw ablaut auch baljuw berijmde beteekenis bibliotheek Bredero broeder Caliban cumana daer dattu dichter dien dijn dinen eenige eeuw fragment Fransch gaen Gaver gedicht gheen Gloss Godt goed goet Grieksch haer handschrift Hans Sachs Heer Helias Heptaméron herten Hooft inden kalis kestigia laet Lanc lant Larissa laten Latijnsche Letterkunde mach Maer maken menschen Middelnederlandsche minne Nederlandsche novelle omme onze oudsaksische presbiter qu'il quam ridder rijmen sach Schijnheiligh Schwänke seer sijn sinen slechts slotr solen sonder soude sprac stuk taal tekst Trachiniae tusschen uitgave vader vanden VERDAM Verg vertaald verzen vlgg voetig Vondel Vondels vertaling vorm Voskuyl vrouw waer Walewein Want WILLEM DE VREESE wonden woord Zigeuners zooals
Beliebte Passagen
Seite 87 - Est prope Cimmerios longo spelunca recessu, mons cavus, ignavi domus et penetralia Somni, quo numquam radiis oriens mediusve cadensve Phoebus adire potest : nebulae caligine mixtae 595 exhalantur humo dubiaeque crepuscula lucis.
Seite 25 - Historie, that although by the meanes of sinister fortune, Truth may be concealed yet by Time in spight of fortune it is most manifestly reuealed. Pleasant for age to auoyde drowsie thoughtes, profitable for youth to eschue other wanton pastimes, and bringing to both a desired content.
Seite 88 - Auroram, nec voce silentia rumpunt sollicitive canes canibusve sagacior anser; non fera, non pecudes, non moti flamine rami humanaeve sonum reddunt convicia linguae. muta Quies habitat; saxo tamen exit ab imo rivus aquae Lethes, per quem cum murmure labens invitat somnos crepitantibus unda lapillis. ante fores antri fecunda papavera florent...
Seite 25 - ... quelque poursuyte qu'il en feit. Parquoy, le prince, congnoissant sa vertu et honnesteté, laissa son entreprinse, l'eut toute sa vie en bonne estime, et luy feit de grands biens, la maryant avec un sien serviteur •«. En une des meilleures villes de Touraine, demouroit ung seigneur de grande et bonne maison, lequel y avoit esté nourry de sa grande jeunesse.
Seite 179 - ... vostre maistre, vous portois telle affection, que pour le moins ne la sçauriez porter moindre. Parquoy, je vous declaireray un secret, dont le taire me met en l'estat que vous voyez...
Seite 17 - Te bovem esse, et me esse asellum : ubi tecum conjunctus siem, Ubi onus nequeam ferre pariter, jaceam ego asinus in luto ; Tu me bos magis haud respicias, gnatus quasi numquam siem; Et te utar iniquiore, et meus me ordo irrideat.
Seite 50 - ... er nootzaeckelijck door d'ongelijckheit der beide talen, en heuren ongelijcken aert en eigenschappen, en het verschil van namen en woorden, die tekens der betekende zaecken zijn, gespilt worden en verloren gaen, oock zelf aen bloemen en geuren van welsprekentheit ; behalve dat dicht en ondicht, of vaers en onvaers onderling verschillen, gelijck trompetklanck en bloote stem, en het vaers een stem, door een drieboghtige trompet krachtigh uitgewrongen, gelijck is.
Seite 105 - Abhandlung über die Sage vom Trinkhorn und Mantel und die Quelle der Krone. Breslau, Koebner.
Seite 17 - Megadore, te esse hominem divitem, Factiosum, me item esse hominem pauperum pauperrumum. Nunc, si filiam locassim meam tibi, in mentem venit Te bovem esse et me esse asellum. Ubi tecum conjunctus siem, Ubi onus nequeam ferre pariter, jaceam ego asinus in luto.
Seite 140 - t is my in 't minste leet. Een dinghen bid ick ou: maackt datmen niet en weet Da gay hier bay mayn woont, want ick wil ou wel sweeren: Het sode woorlijck may te na gaen maynder eeren.